ZONDAG 9 OKTOBER
Na een heerlijke rustige en heldere nacht is de zon er ook vandaag weer vroeg bij, wat is dat toch heerlijk, helemaal als je weet dat het in Nederland met bakken tegelijk uit de lucht komt. WeerOnline geeft voor Modena een 9 en voor De Glind een 2.
We beginnen aan onze laatste week en gaan weer verder naar het noorden. We willen rijden via Réggio nell’Emília, Guastalla en Mántova en net voor we bij Borgoforte de Po oversteken zien we in de verte de eerste besneeuwde bergtoppen, gisteren op het nieuws al gehoord dat er in de bergen sneeuw was gevallen en dat er de komende dagen nog meer werd verwacht. In Peschiera del Garda installeren we ons op camping Butterfly, nergens is direct aan het Lago di Garda een camperplaats, dan maar een camping!
Het is een camping met redelijk veel bomen en we staan dan ook niet in de zon en dat is wel wat we het liefst willen. Op de plek waar we staan komt in de loop van de middag de zon, voor het zover is gaan we eerst op de fiets naar het stadje. Wat een drukte en wat toeristisch, heel anders dan de stadjes die we de afgelopen week hebben bekeken. Toch zijn er nog wel mooie rustige plekjes te vinden waar niet zo veel toeristen op afkomen.
MAANDAG 10 OKTOBER
We voelen ons toch niet zo thuis op zo’n kampeerfabriek, anders kunnen we het helaas niet noemen, we zijn meer mensen van de vrijheid en willen niet graag in hokjes ingedeeld worden, we gaan op zoek naar en plekje dat beter bij ons past.
We volgen de SR249 langs de oostzijde van het meer, een mooie route maar wel heel erg ruk, in de omgeving van Garda is het filerijden, niet zo verwonderlijk als je even verderop 3 auto’s tegen en stenen muurtje ziet staan, allemaal flink beschadigt.
Aan de noordkant van het meer, in Riva del Garda, vinden we een prima camperplek lekker in de zon, er is nog plek genoeg, we hebben het nog voor het uitzoeken, in de loop van de middag en avond loopt het helemaal vol. Aan het eind van de dag zoals gewoonlijk nog even het stadje in, het is er erg rustig, in tegenstelling tot de zuidkant van het meer. De meeste eetgelegenheden zijn al gesloten, de ijssalon is gelukkig nog wel open en we nemen ons laatste echte Italiaanse ijsje, heerlijk!
DINSDAG 11 OKTOBER
Het is bewolkt en we besluiten verder te gaan, als de zon had geschenen hadden we nog een dag in Riva del Garda gebleven, nu gaan we kijken of het noordelijker wat beter is. Via Arco, Trento, Bolzano en Merano gaan we naar Silandro. We zitten weer volop in de bergen en dat vinden we altijd weer mooi. In deze omgeving wordt heel veel fruit gekweekt, druiven, peren en vooral appels, we verbazen ons erover dat er toch nog heel veel fruit geoogst moet worden.
We hebben even getwijfeld of we over de Brennerpas of de Resiapas naar het noorden zouden gaan, uiteindelijk hebben we besloten over de Resipas te gaan, één keer eerder deze weg gereden en weten nu al dat het weer genieten wordt.
Vanaf Merano krijgen we steeds meer het gevoel dat we in Oostenrijk rijden, de huizen zijn hier on-Italiaans en de bewegwijzeringborden en de plaatsnaamborden zijn tweetalig.
In Silandro, daar hebben we vier jaar geleden overnacht, mag je niet meer staan met de camper. De zon is er inmiddels weer volop bij en op de bergtoppen ligt een laagje sneeuw, prachtig! Van Siem en Franka de tip gekregen dat er in San Valentino alla Muta, bij Pizzeria en skilift een plek is waar je gratis kunt overnachten, een prima plek met een prachtig uitzicht op het Lac di Mutta en de omringende bergen. Op de iets verderop gelegen camping betaal je 22 euro, hier sta je gratis en heb je hetzelfde uitzicht.
De stoelen gaan naar buiten, de korte broeken gaan aan, uit de wind en in de zon is het heerlijk, zelfs warm. Om kwart voor vijf verdwijnt de zon achter de bergen en voelt het op slag 10 graden kouder aan, we gaan snel naar binnen. De zon schijnt nog een paar uur op de besneeuwde bergtoppen, wat een uitzicht! Het koelt snel af en als we naar bed gaan is het nog maar 8 graden buiten.
WOENSDAG 12 OKTOBER
Ook nu stoppen we even bij het ondergelopen dorp in het Lac di Resia, alleen de kerktoren steekt nog boven het water uit en is een toeristische bezienswaardigheid geworden.
Om half tien rijden we Oostenrijk binnen op een hoogte van 1455 meter, we belanden in winterse taferelen, op diverse plekken ligt nog sneeuw, zoveel dat we zelfs nog sneeuwballen zouden kunnen gooien.
In Nauders krijgen we te maken met een omleiding richting Landeck, niet zo erg, het is een mooie route over de Finstermünzpass, we kwamen zelfs door Zwitserland, land nummer 10 op deze trip, moeten we wel even we de titel van het verslag aanpassen!
We nemen de tolvrije route door Oostenrijk via Nauders, Imst, Nassereith en de Fernpass (1216 m.) en het is nog landschappelijk mooi ook!
Eenmaal in Duitsland nemen we eerst nog het binnendoortje de “Kemptenerstrasse" via Nesselwang en dan willen we de autobaan op naar Kempten, ook hier hebben we weer met een omleiding te maken, de oprit is afgesloten en voorlopig blijven we nog de B309 volgen. De hele ochtend heeft de zon met ons meegereisd maar hier zien we alleen nog maar wolken boven ons en het wordt steeds donkerder, er vallen zelfs een paar minispettertjes.
Voorbij Kempten nemen we de autobaan A7 richting Memmingen en bij Hittistetten nemen we de B28 en via Ulm en Blaustein gaan we naar de camperplaats in Blaubeuren. Het is er heerlijk rustig, er staan nog maar 2 campers.
We maken een wandeling door de oude binnenstad, er is een route uitgezet van 1500 meter en je komt o.a. bij de oude watermolen en het “Blautopf Kloster” en die zijn zeker een bezoekje waard.
DONDERDAG 13 OKTOBER
Het is nat buiten, bah!! hopelijk klaart het snel weer op en krijgen we vandaag nog de zon te zien. Onze één na laatste etappe gaat naar Andernach, een plek die we meestal als laatste stop op onze reizen uit het zuiden aandoen. Om negen uur zijn we er al weer klaar voor en krijgen eerst weer zo’n een prachtige alternatieve route (B465) voordat we bij Kirchheim unter Teck de autobaan opgaan. Erg jammer dat het nog steeds miezert, de mooie herfsttinten lijken met dit weer minder spectaculair.
Op de autobaan (A8) staan we snel in een file en op de radio horen we dat die 20 kilometer lang is, geduld is geboden! Als we uit de file zijn hebben we een vertraging van een uur opgelopen. Helaas is het nog steeds erg nat buiten, gelukkig hebben we de ruitenwissers nog! Gelukkig wordt het later steeds lichter, zien we steeds meer blauw en komt ook de zon weer regelmatig te voorschijn. We blijven op de autobaan tot Ockenheim en vanaf daar kiezen we voor de prachtige route langs de Rijn verder naar het noorden (B9).
Het is niet de eerste keer dat we deze route rijden en het is altijd weer mooi. Zo’n 15 kilometer boven Koblenz hebben we ons einddoel van vandaag (Andernach) bereikt en zoals altijd staat het hier alweer aardig vol, ze staan zelfs al op de parkeerplaats voor personenwagens.
Aan het begin van de avond lopen we naar het dorp en gaan in het ons bekende restaurantje zo’n echte Duitse schnitzel eten, zo één die bijna niet op je bord past, heerlijk!
VRIJDAG 14 OKTOBER
De laatste etappe, nog 265 kilometer en dan zijn we weer thuis! We zijn vroeg uit de veren en om acht uur zijn we klaar voor vertrek. We rijden nog een klein stukje langs de Rijn en dan nemen we de A61 en die volgen we tot we bij Venlo de grens over gaan. Buiten zien we weer een strak blauwe lucht, het wel een stuk kouder dan we gewend waren. Om halftwaalf zijn we in Ede en kunnen we de eerste knuffels in ontvangst nemen, we eten er een broodje en dan rijden we door naar Veenendaal voor de tweede knuffelsessie, het is heerlijk iedereen weer te zien.
We vertrokken vijf weken geleden uit een nat en guur Nederland en hebben tijdens deze reis nog een paar weken van zomerse temperaturen en strak blauwe luchten kunnen genieten. Niet alleen het mooie weer heeft deze reis tot een succes gemaakt, ook de bijzondere Italiaanse steden die we bezochten en ons onverwachte reisgezelschap hebben deze reis een bijzonder tintje gegeven.
We noemden deze reis “Najaarstrip door TIEN landen”. We waren in België, Luxemburg, Frankrijk, Monaco, Italië, Vaticaanstad, Zwitserland, Oostenrijk, Duitsland en Nederland, waren 34 dagen onderweg en hebben 4416 kilometer gereden.