We zijn alweer twee weken onderweg, wat gaat de tijd toch snel als je naar je zin hebt.
We gaan op zoek naar een ander plekje, eerst nog even internetten in Plataria, reisverslag bijwerken en dan rijden we naar Igoumenitsa op zoek naar de Lidl. Onze voorraad is geslonken en moet nodig worden aangevuld.
Vanaf Igoumenitsa rijden we naar het noorden, richting Albanese grens. Onderweg komen we een herder tegen met een kudde geiten. Altijd leuk voor een foto, helaas zijn de meeste geiten de weg al overgestoken. Op de achtergrond zien we Albanese bergtoppen.
In diverse reisverslagen gelezen dat je hier prima vrij kunt staan. Eerst kijken we bij de haven van Sagiada en later rijden we de kustweg af naar boven. Ongeveer 1,5 km verderop zien we een mooie plek direct aan het water.
We stoppen en zetten de camper bij de 4 andere campers die er al staan, helaas is het plekje onder de twee grote platanen bezet.
Het is een erg warme dag en er staat weinig tot geen wind, de zon staat hoog aan de hemel en de temperatuur loopt, voor het eerst sinds we in Griekenland zijn, op tot boven de 30 graden. Zweet druppeltjes staan op onze voorhoofden en om die er af te krijgen is er één oplossing, een duik nemen in zee en na de frisse duik lekker afspoelen onder de douche die op het strandje staat.
In de loop van de middag wakkert de wind aan en het gaat zelfs zo hard waaien dat we uit voorzorg de luifel indraaien. ‘s Avonds kunnen we weer eens genieten van een zeer fraaie zonsondergang.
Zaterdag 30 augustus
De zon schijnt alweer volop als we opstaan. Tot nu toe zijn we niet anders gewend in Griekenland, wat een weelde!.
Geen maandag, toch ‘wasdag’. We hebben, met dank aan de douche op het strand, voldoende water in de buurt en daar maken we dankbaar gebruik van. Alles wat vuil is gaat het sop in en er natuurlijk ook weer uit. Met de hoge temperaturen en een klein beetje wind is alles in no-time droog.
Vandaag blijven we in ieder geval nog in Sagiada, wat we morgen doen, zien we dan wel weer.
Na de was ga ik op de fiets naar het dorp, we moeten toch weer brood op de plank hebben nietwaar. Midden in het dorp, aan de doorgaande weg, vind ik de bakker.
De zon schijnt alweer volop als we opstaan. Tot nu toe zijn we niet anders gewend in Griekenland, wat een weelde!.
Geen maandag, toch ‘wasdag’. We hebben, met dank aan de douche op het strand, voldoende water in de buurt en daar maken we dankbaar gebruik van. Alles wat vuil is gaat het sop in en er natuurlijk ook weer uit. Met de hoge temperaturen en een klein beetje wind is alles in no-time droog.
Vandaag blijven we in ieder geval nog in Sagiada, wat we morgen doen, zien we dan wel weer.
Na de was ga ik op de fiets naar het dorp, we moeten toch weer brood op de plank hebben nietwaar. Midden in het dorp, aan de doorgaande weg, vind ik de bakker.
’s Middags lekker dobberen op de Ionische Zee, de zon schijnt nog steeds volop, maar aan het eind van de middag worden donkere wolken zichtbaar boven de bergen en horen we gerommel in de verte. Veel krijgen we er gelukkig niet van mee, hooguit een kwartiertje hele lichte regen.
Zondag 31 augustus
De wolken van gisteravond zijn allemaal verdwenen, we worden weer getrakteerd op een blauwe lucht.
We blijven nog een dag in Sagiada, even afwachten wat er gebeurd met de sluimerende kiespijn die vannacht begon. Mocht het erger worden lijkt het ons beter in de buurt van Igoumenitsa te blijven, daar zal vast wel een tandarts zijn. Hopelijk loopt het met een sisser af en hebben we de tandarts niet nodig.
Terwijl we zitten te ontbijten zien we een schildpadje op z’n dooie akkertje langs wandelen, snel de camera gepakt en het beestje vereeuwigd, er is geen ontkomen meer aan.
De wolken van gisteravond zijn allemaal verdwenen, we worden weer getrakteerd op een blauwe lucht.
We blijven nog een dag in Sagiada, even afwachten wat er gebeurd met de sluimerende kiespijn die vannacht begon. Mocht het erger worden lijkt het ons beter in de buurt van Igoumenitsa te blijven, daar zal vast wel een tandarts zijn. Hopelijk loopt het met een sisser af en hebben we de tandarts niet nodig.
Terwijl we zitten te ontbijten zien we een schildpadje op z’n dooie akkertje langs wandelen, snel de camera gepakt en het beestje vereeuwigd, er is geen ontkomen meer aan.
Naast onze camper staat een bijna uitgebloeide vlinderstruik, toch komen er af en toe bijzondere vlinders een kijkje nemen.
Om haf negen uur, na een wolkenloze zonsondergang, gaan we snel naar binnen, we worden bijna lek gestoken door de muggen. Een uurtje later zijn ze weerweg en kunnen we nog een poosje van de buitenlucht genieten.
Rond elf uur komt er, al grazend, een kudde koeien langs wandelen. Het is wel even opletten dat ze niet tegen de camper aanlopen, maar verder zijn ze heel rustig.
Rond elf uur komt er, al grazend, een kudde koeien langs wandelen. Het is wel even opletten dat ze niet tegen de camper aanlopen, maar verder zijn ze heel rustig.
Maandag 1 september
De kiespijn is gisteren in de loop van de dag gelukkig helemaal verdwenen, we kunnen vandaag met een gerust hart verder reizen.
We verlaten de kust en gaan het binnenland van de provincie Epiros verkennen, er wordt beweerd dat hier de mooiste natuurgebieden van heel Griekenland te vinden zijn. We zullen het zien!
We rijden eerst weer naar Igoumenitsa, kijken of we nog ergens een internet connect kunnen krijgen (is gelukt) en gaan dan over de oude route naar Ioáninna, diep beneden ons stroomt de Thyámis en bij Vronitsa zien we de rivier naast ons. Een schitterende, zeer rustige route sinds het stuk tolweg in deze streek klaar is. Het is wel opletten geblazen want zo maar ergens in één van de vele bochten kan een groepje los lopende geiten de weg versperren. We rijden door een prachtig gebied, alleen wel jammer dat de Grieken er zo veel rotzooi achterlaten.
De kiespijn is gisteren in de loop van de dag gelukkig helemaal verdwenen, we kunnen vandaag met een gerust hart verder reizen.
We verlaten de kust en gaan het binnenland van de provincie Epiros verkennen, er wordt beweerd dat hier de mooiste natuurgebieden van heel Griekenland te vinden zijn. We zullen het zien!
We rijden eerst weer naar Igoumenitsa, kijken of we nog ergens een internet connect kunnen krijgen (is gelukt) en gaan dan over de oude route naar Ioáninna, diep beneden ons stroomt de Thyámis en bij Vronitsa zien we de rivier naast ons. Een schitterende, zeer rustige route sinds het stuk tolweg in deze streek klaar is. Het is wel opletten geblazen want zo maar ergens in één van de vele bochten kan een groepje los lopende geiten de weg versperren. We rijden door een prachtig gebied, alleen wel jammer dat de Grieken er zo veel rotzooi achterlaten.
Net voor Ioáninna slaan we linksaf, rijden naar het noorden en gaan naar Monodhéndhri, aan de westelijke wand van de Víkoskloof in het Píndhos-gebergte. De Vikoskloof is minder bekend dan de Samariákloof op Kreta, maar zeker niet minder mooi. Op sommige plekken heeft de kloof 1000 meter hoge wanden en is daarmee de diepste kloof van Europa.
Een wandeling door de kloof, alleen aan te raden bij voldoende bergwandelervaring, duurt minstens een uurtje of acht, voor sommigen een peulenschilletje, voor anderen een onoverbrugbaar probleem.
Wij volgen de borden Oxiá en rijden steeds hoger de berg op, naar het Vikos-Balkon. De weg eindigt op een parkeerplaats en vanaf daar loop je binnen enkele minuten, over een mooi aangelegd pad, naar het balkon. Hier kijk je boven in de kloof, wat een schouwspel!
Een wandeling door de kloof, alleen aan te raden bij voldoende bergwandelervaring, duurt minstens een uurtje of acht, voor sommigen een peulenschilletje, voor anderen een onoverbrugbaar probleem.
Wij volgen de borden Oxiá en rijden steeds hoger de berg op, naar het Vikos-Balkon. De weg eindigt op een parkeerplaats en vanaf daar loop je binnen enkele minuten, over een mooi aangelegd pad, naar het balkon. Hier kijk je boven in de kloof, wat een schouwspel!
Onderweg naar boven verbazen we ons over de stenenstructuur van de rotswanden naast de weg, het zijn net opeengestapelde platte stenen, het lijkt een soort leisteen. Alle dorpen in deze streek, huizen, kerken en zelfs dorpsstraten zijn gemaakt van deze stenen. Ze hebben allemaal, in tegenstelling tot de Griekse huizen aan de kust, een enigszins grijze kleur.
We rijden over goed berijdbare binnenwegen naar Papingo, een paar kilometer voor het dorp, net over de betonnen boogbrug over de ijskoude rivier de Voïdomathis, is een prima plek waar je met de camper (er staan er al 4) kunt staan. Voor vandaag is het weer genoeg. De stoelen gaan naar buiten en we nemen eerst maar eens een bakkie koffie en kletsen nog even bij over wat we vandaag allemaal weer gezien hebben.
Dinsdag 2 september
Na een lekkere frisse nacht, het was maar 17 graden en dat is voor Griekse begrippen aan de lage kant, worden we wakker van de eerste zonnestralen die over de bergtop komen.
’s Ochtend trekken we onze wandelschoenen aan. Zo’n vierhonderd meter voor de brug leidt een pad door een prachtig oud schaduwrijk platanenbos naar een verlaten kloostertje ‘Moastery of the Panayia Spileotissa’, wat dat ook mag betekenen. Helaas kun je het alleen van de buitenkant bekijken, de voordeur zit op slot!
Na een lekkere frisse nacht, het was maar 17 graden en dat is voor Griekse begrippen aan de lage kant, worden we wakker van de eerste zonnestralen die over de bergtop komen.
’s Ochtend trekken we onze wandelschoenen aan. Zo’n vierhonderd meter voor de brug leidt een pad door een prachtig oud schaduwrijk platanenbos naar een verlaten kloostertje ‘Moastery of the Panayia Spileotissa’, wat dat ook mag betekenen. Helaas kun je het alleen van de buitenkant bekijken, de voordeur zit op slot!
’s Middags wandelen we de andere kant op, direct langs de rivier is een uitgesleten pad, ergens halverwege is een poortje en even verderop ligt een grote steen waar je overheen moet klauteren. Op een gegeven moment wordt het pad zo smal dat je echt niet verder kunt. Terug dus.
Als we net weer terug zijn, zien we boven de bergen een erg donkere lucht en in de verte horen we het behoorlijk rommelen. We zitten aan de rand van de bui en krijgen een paar regendruppels mee. Midden op de plek waar we staan staat een hele grote plataan met eem stamomtrek van ruim 7 meter en een kroon met een doorsnede van bijna 25 meter. Geweldig!
Woensdag 3 september
We gaan weer op verkenningstocht, maar voor we vertrekken eerst nog even gebruik maken van het rivierwater en een wasje doen.
We rijden eerst naar Megálo Papingo, één van de oudste dorpjes van de Zagória en maken een wandeling door het dorp. De met kasseien bepleisterde straatjes rond een centraal gelegen kerk met een bijzondere klokkentoren mag je eigenlijk niet missen als je in deze omgeving bent.
Het dorp bestaat voor tweederde uit woonhuizen en éénderde uit Pensions en Tavernes en ook hier zie je weer duidelijk dat alles gebouwd is met de platte (lei)stenen die je veel in deze omgeving ziet.
We gaan weer op verkenningstocht, maar voor we vertrekken eerst nog even gebruik maken van het rivierwater en een wasje doen.
We rijden eerst naar Megálo Papingo, één van de oudste dorpjes van de Zagória en maken een wandeling door het dorp. De met kasseien bepleisterde straatjes rond een centraal gelegen kerk met een bijzondere klokkentoren mag je eigenlijk niet missen als je in deze omgeving bent.
Het dorp bestaat voor tweederde uit woonhuizen en éénderde uit Pensions en Tavernes en ook hier zie je weer duidelijk dat alles gebouwd is met de platte (lei)stenen die je veel in deze omgeving ziet.
We rijden verder naar Mikro Papingo en halverwege tussen de beide Papingo’s ligt een afgedamd beekje, waardoor een prachtig zoetwater bekken is ontstaan waarin je, als je van tintelend fris water houdt, heerlijk kunt badderen.
We verlaten de Papingo's en rijden weer terug naar Ioánnina, en ook al rijd je over dezelfde weg als een paar dagen geleden, je hebt niet het idee dat je er eerder langs bent gekomen.
Ergens onderweg, bij de Church of the Taxiarches, zien we een kraan en vullen onze water voorraad aan.
In Ioannina gaan we richting Métsovo, van bovenaf zien we op diverse plekken werkzaamheden aan de nieuwe weg de ‘Via Egnatia’ (A2). Wat een gigantisch project.
In de buurt van Métsovo rijden we rond ‘Aoos Lake’, eens kijken of we daar een plekje voor de nacht kunnen vinden. Het is een mooie route maar zo uitgestorven dat je kilometers lang geen enkel levend wezen tegenkomt en nergens kun je direct bij het, bijna lege, meer komen.
In de buurt van Métsovo rijden we rond ‘Aoos Lake’, eens kijken of we daar een plekje voor de nacht kunnen vinden. Het is een mooie route maar zo uitgestorven dat je kilometers lang geen enkel levend wezen tegenkomt en nergens kun je direct bij het, bijna lege, meer komen.
We rijden door naar Métsovo, een dorp dat nog grotendeels uit natuurstenen huizen bestaat en bijna helemaal is voorzien van rode dakpannen. We hebben gelezen dat je op het dorpsplein zou mogen overnachten, niet dus. Bordjes verboden te kamperen staan al bij de ingang van het dorp en ook de politie verwijst ons naar buiten de stad, waar je volgens hem je camper overal mag neerzetten. Voor we weer verder rijden eerst eens even de vele winkeltjes bekijken. De etalages staan vol met gerookte kaas, waar we er uiteraard één van kopen, houtsnijwerk en hand gemaakte voorwerpen en natuurlijk de onvermijdelijke toeristische prullaria.
Donderdag 4 september
We hebben de nacht doorgebracht op een parkeerplaats net voor de Katárapas. Wel een onrustige nacht vanwege het vele verkeer, maar bij gebrek aan beter goed te doen. We zitten op een hoogte van meer dan 1300 meter en dat is aan de buitentemperatuur goed te voelen, om zeven uur ’s ochtends is het nog maar net 10 graden buiten.
Na het ontbijt, Griekse yoghurt met walnoten in honing, heerlijk, gaan we weer op pad en rijden over de schitterende Katárapas naar Panaghia. In het laatste verslag van Nico Bloot (http://www.griekenlandcamperland.nl/) gelezen dat deze pas, op het hoogste punt 1690 meter, bijzonder mooi is en dat is niets teveel gezegd. De, door sneeuwpalen gemarkeerde weg, slingert zich als een serpentine naar boven en naar beneden en de vergezichten zijn werkelijk geweldig, helaas ook hier weer heel veel zwerfvuil, erg jammer!
We vervolgen onze route, drinken onderweg op een mooi parkeerplekje een kopje koffie en raken daar in gesprek met een autochtone Griek, nou ja, van een gesprek kan helaas niet echt sprake zijn, hij spreekt alleen maar Grieks en wij natuurlijk niet, maar weet ons wel duidelijk te maken dat hij als 20 jarige jongen in Nederland is geweest.
We rijden via Kastráki naar Kalambáka, en ja hoor in de verte zien we al snel de contouren van de reusachtige, stijle, kale en bijna onbereikbare zandsteen rotsen waarop de Meteora kloosters zijn gebouwd.
We rijden via Kastráki naar Kalambáka, en ja hoor in de verte zien we al snel de contouren van de reusachtige, stijle, kale en bijna onbereikbare zandsteen rotsen waarop de Meteora kloosters zijn gebouwd.
In Kalambáka volgen we de borden Meteora en dank zij het verslag van Nico vinden we een schitterende plek voor onze camper. Bij ‘Taverne Arsenis’ mogen campers, zoals we op het bord kunnen lezen, gratis staan inclusief water en stroom. Een mooi initiatief. We kijken uit over de eindeloze Thessalië vlakte en zien aan de andere kant hoog boven ons het enige vanaf Kalambáka zichtbare klooster 'Ayóu Stefánou'. We wilden vanmiddag één van de kloosters gaan bekijken, het is vandaag zo warm, in de schaduw 33 graden en in de zon bijna 43 graden, dat we daar vanaf zien. We blijven in de schaduw van de camper, morgen komt er weer een dag.
MEER FOTO'S ZIEN? Klik hier!