ZATERDAG 13 FEBRUARI
Vandaag op zoek naar de volgende plek. We rijden verder naar het westen, volgen de mooie route tussen de Serra del Contar en de Serra de Almenara (N-332), maar zoals ik al eerdere verslagen heb geschreven, jammer van al het plastic dat we hier zien.
Ook hier zie je de fruitbomen al volop in bloei staan, sommige met witte, andere met roze bloemen. Ondanks de regen en de niet al te hoge temperaturen, krijg je toch, ook hier weer, het lente gevoel. Wel jammer dat het de hele dag blijft regenen.
We gaan eerst naar de Aldi in Águilas om onze levensmiddelen voorraad weer op peil te brengen. Als je regelmatig op plekjes staat waar in de directe omgeving geen supermarkt te vinden is, is het handig voor een paar dagen eten aan boord te hebben. Er staan twaalf campers die dat ook bedacht hebben.
Nog even rondgereden in Águilas, maar toch besloten om door te rijden naar San Juan de Los Terreros, waar in de duinen mooie plekjes zijn. Hebben onderweg wel gehoord dat de campers daar regelmatig worden weggestuurd, maar als we aankomen staan er toch een aantal en na informatie blijken ze hier al een paar dagen te staan. We zoeken een mooie plek uit en blijven er voorlopig ook staan.
ZONDAG 14 FEBRUARI
Gisteravond laat nog naar de Olympische Spelen gekeken, de 5 km heren werd verreden en we hebben gezien hoe Sven Kramer er met het goud vandoor ging. Geweldig! Kregen nog een sms-je van Nico en Afke dat het groot feest is daar.
Vandaag ziet het er buiten een stuk beter uit dan gisteren, het is half bewolkt en de verwachtingen zijn wat gunstiger, af en toe zal de zon ook nog te voorschijn komen, maar erg warm zal het niet worden.
’s Middags wandelen we over de mooie boulevard naar San Juan, waar ze een nieuwe wijk aan het bouwen zijn. Wie het mooi vindt mag het zeggen!
Onze plannen om naar Águilas te gaan voor de grote Carnavalsoptocht hebben we laten varen. Gehoord dat het tegenwoordig niet meer veilig is de camper daar onbeheerd te laten staan en we hebben geen zin in problemen.
MAANDAG 15 FEBRUARI
Weer een bewolkte dag met veel regen en temperaturen rond de 12 graden. In heel Europa hebben al dagen lage drukgebieden de overhand en het ziet er naar uit dat dat nog even zo blijft, we zullen het er mee moeten doen.
Na het ontbijt rijden we over de ALP-118 naar Mojácar-Playa. Aan de doorgaande weg, ergens in het midden van het dorp, is een wasserette en daar laten we onze was verzorgen.
Als de was is gedaan, de bedden verschoond en de lunch de inwendige mens heeft versterkt, gaan we weer verder en volgen nog steeds de schitterende ALP-118, daarna nemen we de N-341, een stukje A7 en vervolgens de ALP-208 richting Las Negras en het Parque Naturel Cabo de Gata-Níjar.
Hier rijdt je het eerste stuk dwars door het plastic. Het is hier kennelijk een vruchtbare streek waar, onder plastic, o.a. tomaten en paprika’s worden gekweekt en soms moet je even wachten voor een kudde overstekende geiten.
Even verderop kijken we onze ogen uit, wat is het hier schitterend, een mooi stukje ruig natuurschoon waar de weg doorheen slingert. We zien flinke heuvels met alleen lage begroeiing, moeilijk te omschrijven welke sfeer hier heerst, bijzonder is het in ieder geval wel. Zo zie je maar weer, even afwijken van de doorgaande wegen en je valt van de ene verbazing in de andere.
Tegen drieën wordt het gelukkig wat lichter aan de horizon, het regent niet meer en in de verte zien we zelfs af en toe een paar zonnestralen door het wolkendek komen. Het lijkt erop dat we de goede kant op gaan.
Als we weer bij de kust komen zien we in de verte vier campers staan. Hoog boven het water, met uitzicht op de ruwe zee, de meters hoge rotsen links en het dorp La Isleta rechts van ons, vinden we weer een mooie plekje.
DINSDAG 16 FEBRUARI
We blijven nog een dag in La Isleta. Jammer genoeg is het nog steeds overwegend bewolkt, af en toe valt er een fikse bui afgewisseld met korte zonnige periodes.
We wandelen door het leuke, Moors aandoende mini stadje, witte, rechthoekige huizen met voor de balkons boogvormige openingen, een centraal plein met een openbare wasplaats, diverse restaurantjes, een hotel en een kleine winkel maken het helemaal compleet.
Aan de zuidkant ligt het 'Mirador Isleta del Morro'. Van daaruit heb je een prachtig uitzicht over het stadje in het oosten en de kustlijn naar het zuiden. Op de informatieborden lezen we dat we in een miljoenen jaren oud Vulkanisch gebied zijn en dat de bovenlaag van de omliggende bergen uit lava bestaat. Nu wordt ons ook duidelijk waarom het hier anders is dan ergens anders.
WOENSDAG 17 FEBRUARI
Na een zeer onstuimige, maar wel glasheldere nacht, waarin de harde wind de camper heen en weer deed schudden, gaan we weer op zoek naar nieuwe plekjes. Via Los Escullos, waar we de 'Batería de San Filipe' nog even bekijken, rijden we verder naar Cabo de Gata. Het eerste kwartier zagen we nog een paar zonnestraaltjes, maar daarna …….……… het werd zo grauw en grijs dat we de weg bijna niet meer konden zien, het leek wel of ze de sluizen boven optrokken, de regen kwam met bakken tegelijk naar beneden.
De camperplek in Cabo de Gata, met uitzicht op zee! (zie foto), is snel gevonden, we gaan eerst maar eens even een kopje koffie zetten. Als de weersomstandigheden zo blijven, blijven we hier lekker staan, het heeft geen zin verder te rijden, je ziet toch bijna niets van de omgeving.
Gelukkig wordt het aan het begin van de middag toch weer beter. De wolken trekken zich terug en de zon krijgt weer de overhand, toch besluiten we hier vandaag te blijven en wandelen door het (ongezellige) stadje, alleen de boulevard ziet er redelijk aantrekkelijk uit, voor de rest zijn het bijna allemaal kleurloze huizenblokken met kaarsrechte straten, een heel groot verschil met La Isleta waar we gisteren stonden.
DONDERDAG 18 FEBRUARI
Het ziet er aardig uit vandaag, het is wel bewolkt maar de bewolking zit zo hoog dat we de bergtoppen kunnen zien, toch wel een aardige dag om een rit door de bergen te maken. In Spanje heeft de regen nog altijd de overhand volgens de weermannen, we moeten het er van nemen nu het kan.
Bij Almería gaan we naar het noorden en gaan over de A-348 naar het westen, door het dal van de Río Guadalfeo. Rechts zien we de Serra Nevada met z’n besneeuwde bergtoppen en links de bergen van de Las Alpujarres, In deze streek, waar voornamelijk olijven, sinaasappels, mandarijnen en amandelen worden gekweekt en dat een belangrijke rol heeft gespeeld in de Spaanse geschiedenis door de Islamitische opstand in 1570, hebben de dorpjes hun bijna Marokkaanse karakter behouden.
Voorlopig volgen we de vrijwel nieuwe A-348, zelfs de laatste update van onze navigatie kent grote delen van deze weg nog niet. Een schitterende route door een zeer bergachtige omgeving, die ons naar een hoogte van 978 meter brengt.
Bij Ugíar is de nieuwe weg nog niet klaar en worden we verwezen naar de oude weg. Een zeer slechte en smalle, maar wel spectaculaire, slingerroute dwars door een gebied waar de amandelbomen volop in bloei staat. Ver beneden ons zien we de werkzaamheden aan de nieuwe weg.
Door de hevige regenval van de afgelopen dagen zien we in alle stroompjes die naar beneden komen alleen maar modderstromen, overal op de weg ligt modder en soms zelfs grote brokken steen. We komen nog ergens een shovel tegen die de brokstukken naar de kant schuift. Soms is er zelfs een hele weghelft versperd door de aardverschuivingen.
Halverwege onze rit gaat het helaas toch weer regenen en komen de bergtoppen alsnog in de wolken te liggen. Jammer!
Dat het gaat regenen is nog niet het ergste!! ……………… na ruim 20 kilometer komen we weer dichter bij de aanleg van de nieuwe weg, op zichzelf niet verontrustend, wel als we zien dat een behoorlijk steil stukje vol ligt met een dikke laag modder en dat is nu net waar we niet op zitten te wachten.
Ongeveer 50 meter voor we boven zijn beginnen de wielen van de camper te slippen en we komen geen meter meer vooruit. Er zit maar één ding op: de camper de helling af laten zakken en omdat de weg hier erg smal is moeten we zeker 200 meter achteruit voor er een gelegenheid is te keren.
We rijden de 20 kilometer weer terug en nemen vervolgens de A-347 via Berja naar de kust. We gaan maar eens kijken op het plekje in Guardias Viejas waar we in 2009 ook zijn geweest. Wat we daar tegenkomen is helemaal om te huilen, overal gaan stroompjes water over straat en waar het wat lager is ontstaan natuurlijk vanzelf grote plassen, tuinen staan vol water, de paden tussen de kassen is een en al bagger en verschillende wegen zijn afgesloten en ook op de camperplek zien we alleen maar water.
Gelukkig zijn we een beetje soepel en bedenken ter plekke een andere plan, we zijn niet voor één gat te vangen! We gaan terug naar de A-7 en rijden verder naar het westen. In Calahonda weten we nog een plek en daar rijden we naar toe. Gelukkig is hier de ondergrond verhard en staan er geen grote plassen, we zetten de camper op het laatste vrije plekje.
Wat een enerverende dag!
VRIJDAG 19 FEBRUARI
Tijdens het ontbijt besluiten we een dag in Calahonda te blijven. Nog geen half uur later zien de plannen er compleet anders uit. De weermannen van de Wereldomroep voorspellen voor het zuiden van Spanje de komende dagen alleen maar regen, en dat zijn we helemaal zat!! Voor Portugal zien de berichten er een stuk gunstiger uit, vandaag en morgen in ieder geval zonnig. We kijken op de navigatie hoe ver het is naar Monte Gordo in de Algarve; 460 kilometer en een reistijd van, inclusief pauzes, een uurtje of zeven en dat is wel te doen.
Om kwart voor tien starten we de motor en gaan we op weg naar het mooie weer. De tijd zal leren of we een goeie beslissing hebben genomen.
Vandaag nemen we waar het kan, tegen onze gewoonte in, de autosnelweg, anders zou het wel heel lang duren voor we in Portugal zijn. Tot Salobreña rijden we nog op de nationale route maar daarna gaan we de erg rustige, splinternieuwe A-7, Autovía del Mediterráneo, op, die hoog boven de kust is aangelegd.
Ook vandaag zien we de gevolgen van de hevige regenval van de afgelopen periode. Grote brokstukken die naar beneden zijn gekomen liggen gelukkig in de vangnetten, hier en daar zitten er scheuren in het wegdek en in de lager gelegen gebieden staan de druivenranken en de olijfbomen tot de enkels in de modder. Ook heel veel plekken in de zee zijn bruin gekleurd door de modder die vanaf de bergen naar beneden komt.
Hoe verder we naar het westen komen hoe beter het weer wordt. Was het vanochtend nog behoorlijk bewolkt en viel er hier en daar regen, later op de dag zien we steeds meer blauwe lucht en ook de zon laat zich steeds vaker zien. Bij Sevilla zien we bijna helemaal geen wolken meer, wel heel veel auto’s.
Om 16.40 uur rijden we een zonnig Portugal binnen en om 16.58 uur krijgt de camper z’n verdiende rust in Monte Gordo. De plek tegenover de camping staat helemaal vol. We hebben geluk dat er net een camper vertrekt en wij zijn plaats in kunnen nemen.
De stoelen kunnen gelukkig weer naar buiten, heerlijk! Als we tien minuten buiten zitten lopen Ede en Ineke, die we al vaker op onze reizen hebben ontmoet, voorbij. Gezellig elkaar weer te zien en te spreken.