2010: SCANDINAVIË IN VOGELVLUCHT (week 4)

ZONDAG 13 JUNI

We blijven nog een dag op deze mooie camping. Gisteren hadden we allemaal gegrilde kip gekocht bij de Ica in Vilhelmina en die hebben we aan het begin van de avond in de oven van de campingkeuken gezet voor een extra krokant korstje.
Ook vandaag gaan we weer gebruik maken van de oven voor een heerlijke kapucijnerschotel. Het is wel erg luxe allemaal dat je daar zomaar gebruik van kunt maken.

's Avonds met z’n vieren in de kantine zitten klaverjassen en net als de vorige keer waren de dames de heren te slim af.
Je kunt daar vrij gaan zitten, het is prima om je eigen drinken mee te nemen maar wil je een drankje dan haal je dat gewoon uit de koelkast en de betaling? je doet het geld gewoon in een busje wat erbij hangt. Wat een vertrouwen, geweldig!
Het werd behoorlijk laat, je hebt geen idee van tijd als het 24 uur per dag licht blijft, of we er aan zullen wennen, we wachten het af.

De wasmachine draaide gisteren op volle toeren en vanochtend de laatste was buiten gedroogd. Het is lekker buiten, er staat een klein briesje, de zon laat zich regelmatig zien en de was is binnen de kortste droog en inmiddels ligt alles weer z’n plek.
Gelukkig was alles net op tijd van de lijn want tegen de middag begon het te regenen, bah!

Vanochtend lekker gedoucht in één van de 3 grote badkamers, elk voorzien van een eigen toilet en een wastafel met warm en koud water, wat een luxe en alles is brandschoon.
We hebben hier ook een vrije Wifi en zitten dan ook regelmatig te internetten; site updaten, skypen en chatten met kinderen en kleinkinderen en we genieten van de stralende smoeltjes als ze opa en oma op de computer zien, heerlijk!

Het is uiteindelijk toch een beetje miezerige dag geworden, af en toe was het wel even droog, maar voor het grootste gedeelte bleef het spetteren.
We vermaken ons met een goed boek, een puzzel, internetten, praatje met de buren en als even droog is vissen.
In de loop van de middag maakt Rob het vuur aan in de houten Tipi achter ons en bij het gezamenlijke borreluurtje aan het eind van de middag is het er gezellig en lekker warm en schuiven meer mensen aan.


MAANDAG 14 JUNI

De dag begint gelukkig weer zonnig en lekker uitgerust beginnen we vandaag aan een volgende etappe die ons nog verder naar het noorden brengt. Eerst nog even gebruik maken van de faciliteiten van de camping, douchen, toilet legen, watertank vullen etc. en dan volgen we voorlopig de E45, de Zweedse Noordkaap Route en komen door Storuman en als je het dorp in rijdt kun je de meters hoge reus (store man = grote man) met zijn knuppel bijna niet missen. Daarna passeren we Sorsele en om 12.55 uur vinden we ten oosten van Slagnäs een mooi rustig plekje aan het water.

De E45 is wel een mooie maar beslist geen spectaculaire weg, we hebben inmiddels mooiere gehad. We komen langs bomen en bomen en bomen een nog veel meer bomen en af en toe een meer(tje) of een rivier(tje). Het is er naar Nederlandse maatstaven gerekend wel heel erg rustig als je het over een doorgaande route hebt. Af en toe kom je wat verkeer tegen; een paar auto’s of een vrachtwagen, maar meestal zijn het campers en caravans. Het schiet niet erg op want op diverse plekken zijn ze vorstschade aan de weg aan het repareren.

Na de lunch gaan de vlaggen in top, de slingers worden opgehangen, de schotels omhoog en de tv's aan, om half twee begint Nederland aan de eerste wedstrijd op het WK voetbal in Zuid Afrika en natuurlijk mogen we dat niet missen. In de eerste helft blijft het 0-0 maar twee minuten na de rust maken de Denen een eigen doelpunt, vijf minuten voor het eind scoort Nederland z'n eerste echte doelpunt en Oranje wint met 2-0.

Na de wedstrijd rijden we weer verder, het is buiten 13 graden en dat is niet echt lekker om de stoelen buiten te zetten, het nodigt eerder uit om nog ergens iets te gaan bekijken en dat doen we dan ook.

We gaan kijken in het 53 kilometer verder gelegen Arvidsjaur dat werd gesticht door Karl IX om de ‘Samen te kerstenen’.
Een bijzondere bezienswaardigheid is de ‘Lappstaden’. Binnen een omheining staan 70 houten kåtor en härbren (voorraadschuren) uit de 18e eeuw. Nog altijd gebruiken de Bossamen, de bewoners van deze streek, deze karakteristieke houten huisjes als onderkomen tijdens hoogtijdagen. Helaas is het inmiddels gaan regenen en ziet alles er een beetje grauw uit.

Onderweg naar Arvidsjaur zien we voor het eerst grotere groepen rendieren langs de kant van de weg, we stoppen met turven, we zien er nu zoveel dat we al heel snel de tel zijn kwijt geraakt.
Een moeder met jong sjokt rustig over straat vlak voor onze camper, hoezo ‘REN-DIER’.

Vijf kilometer noordelijk van Arvidsjaur aan de E45 is een mooie overnachtingsplek en daar stoppen we weer voor vandaag.
’s Avonds de heren nog de kans gegeven revanche te nemen op de dames met het klaverjassen, het is toch wel bitter als je tot twee keer toe van ze verliest. Het geluk was nu eens aan hun kant.


DINSDAG 15 JUNI

Twee weken zijn we samen met onze campervrienden Rob en Adrie door Zweden getrokken en vandaag gaan we ieder een andere kant op, zij gaan vanaf hier naar Noorwegen en wij gaan naar Finland. Het was erg gezellig met elkaar op te trekken en we hebben genoten van elkaars gezelschap.

Het ziet er buiten somber uit en de temperaturen zijn ook niet om over naar huis te schrijven (acht graden) als we opstaan, we hopen wel dat het vandaag nog een beetje op zal klaren.
We rijden terug naar Arvidsjaur en daar nemen we weg 95 naar Luleå, weer een rustige weg met mooie meren, eindeloze bossen en rendieren links en rechts van de weg. De elandenfamilie in Arvidsjaur doet vermoeden dat die dieren hier in de omgeving voor komen. We zijn benieuwd wanneer we ze in het echt kunnen bewonderen, lijkt ons geweldig.

Luleå is de hoofdstad van de provincie Norrbotten en ligt verspreid over eilandjes en schiereilandjes in het uiterste noorden van de Botnische golf. Het is de grootste haven van Zweden waar hout, ijzer en staal worden verhandeld. Door de noordelijke ligging vriest de haven in de winter dicht en wordt opengehouden met behulp van ijsbrekers.

Het allereerste Luleå bestaat nog steeds maar heet tegenwoordig Gammelstad (gammel = oud) en ligt 10 kilometer landinwaarts. De oude stad, oorspronkelijk gebouwd als kerkstad, is goed bewaard gebleven en is nu één van de schilderachtigste plekjes aan de Botnische golf en staat op de Werelderfgoedlijst van Unesco. We maken een wandeling door het unieke dorp en genieten. Ergens gelezen dat er 71 van deze kerkdorpen geweest zijn en dat er nog 16 bewaard zijn gebleven, wij hebben er nu 3 gezien en dit is inderdaad de indrukwekkendste.

Rondom de prachtige kerk, gebouwd aan het eind van de 15e eeuw, die we natuurlijk ook van de binnenkant bekijken, staan 408 kleine eenkamerhuisjes, de meeste zijn rood geverfd en ze worden alleen gebruikt tijdens kerkelijke hoogtijdagen door mensen die van heinde en ver hiernaar toe komen. In een aantal panden zijn kleine winkeltjes met kunstvoorwerpen of antiek, de meesten zijn nog gesloten, het is nog geen hoogseizoen.

We vervolgen onze tocht richting Finland over de E4, een voor Zweedse begrippen behoorlijk drukke weg en hier zullen niet zo heel snel rendieren de weg op lopen, op heel veel plekken staan hekken langs de weg.
De zo somber begonnen dag klaart in de loop van de ochtend op, lichte wolken met daartussen blauwe plekken verschijnen aan het firmament, de temperatuur loopt op naar 15 graden en de luchtdruk is opgelopen naar 1016 mb, dat beloofd wel weer wat voor de komende dagen.

In Haparanda, op het parkeerterrein bij Ikea, komt er weer een vrije Wifi binnen en kunnen we de site weer bij werken. Nog even e-mail checken en dan gaan we weer verder. We wijzigen de plannen en pakken de 99, langs de Torneälv, de grensrivier met Finland, een landschappelijk mooie route volgens onze Skandinavien Superatlas van Freytag & Berndt. Zo’n 12 kilometer die weg op, net voor Kukkola is een Picknickplaats, een prima plek om te overnachten.

Aan het begin van de avond waren uiteindelijk alle wolken verdwenen en zien we een strak blauwe lucht. De zon staat rond een uur of elf nog volop te stralen boven de snelstromende rivier, werkelijk een prachtig gezicht en nog altijd scheren de meeuwen vlak boven het water op zoek naar vis, dat hier volop schijnt te zitten.


WOENSDAG 16 JUNI

We gaan weer op pad en blijven voorlopig nog weg 99 richting Övertorneå volgen. We stoppen even in Kukkolafors, waarin een stroomversnelling de rivier rijk is aan vis, de marene (sik op z’n Zweeds). De vis wordt op een eeuwenoude manier gevangen met grote schepnetten, die aan lange stokken zitten. Of staand in een bootje of vanaf lange steigers van houtstammen worden de vissen uit het water geschept.

We komen onderweg op de 99 nog drie bijzondere kerken tegen, één in Karungi, één in Hedenäsat en één in Övertorneå. We gaan ze niet allemaal bekijken maar die in Hedenäsat kiezen we uit voor een bezoekje, een mooie kerk met losse klokkentoren, werkelijk prachtig.

Net voor Övertorneå gaan we, nieuwsgierig als we zijn, naar de top van de Luppoberg (192) meter, niet zo erg hoog zul je zeggen, maar eenmaal boven heb je een prachtig uitzicht over het rivierdal en bij helder weer is hier zelfs de middernachtzon al te zien. Vijfhonderd meter voor de top is de ‘weg?’ niet meer te berijden met de camper, we stoppen en klimmen de laatste meters omhoog, soms zijn er trappen en voor de rest loop je over de scheve granietrotsen. De sterk vervormde granietrotsen met gangen, grotten en terrassen zijn heel bijzonder.

Om kwart voor één rijden we Finland, het land van de duizend meren en de honderdduizenden muggen, binnen en volgen voorlopig de 930 op weg naar het privéadres van de Kerstman in Rovaniemi. We merken er heel weinig van dat we in Finland rijden, ook hier zijn héééééééééééél veel bomen en af en toe een paar rendieren die lekker in het zonnetje liggen, het is een prachtige dag en de temperatuur loopt zelfs op naar 19 graden.

Natuurlijk stoppen we op de poolcirkel en gaan net als iedereen op de foto. We lopen even rond in de toch wel behoorlijk prijzige cadeaushops. Wat een toeristische gekte is het hier. Alles is uitermate kits en in alle winkels ligt hetzelfde uitgestald. Voor de kleinkinderen kopen we een kaart van de Kerstman en die posten we in het plaatselijke postkantoor en daarop komt de speciale stempel van de Kerstman.

Vandaag weer zoveel leuke dingen tegengekomen dat we blij zijn er voor gekozen te hebben om een alternatieve route via de 99 en de 930 te rijden i.p.v. over de veel drukkere 4 (E75) rechtstreeks naar Rovaniemi. We blijven op de parkeerplaats bij de Kerstman overnachten en we zijn niet de enigen die dat hebben bedacht en ook hier hebben we zomaar weer een vrije Wifi


DONDERDAG 17 JUNI

HIEP HIEP HOERA! Onze oudste kleindochter Renée is jarig en wordt 9 jaar. We kunnen nog niet bellen want ze is natuurlijk naar school. Om half één hebben we een vrolijke meid aan de telefoon die enthousiast verteld over het kinderfeestje van vanmiddag en over alle cadeaus die ze heeft gekregen en ze is nog steeds erg bij met de ‘Ripstick’ die ze van ons kreeg voor we vertrokken.

Voorlopig blijven we nog even weg 4 (E75) volgen tot Sodankylä en dan hebben we voorlopig weer genoeg doorgaande weg gehad. Eerst nog even naar de bij ons bekende geografisch hoogst geleden Lidl in Europa om de voorraad weer aan te vullen en dan naar de authentieke landelijke kerk uit 1689, onze eerste kerk in Finland, de hoeveelste tot nu toe? geen flauw idee, maar iedere kerk heeft zo z’n eigen charme en dat is leuk om te zien.

Maar deze is wel heel bijzonder, het dak heeft beteerde houten pannen en eenmaal binnen staat je een verrassing te wachten, het kerkje is klein, heeft een laag plafond en is gemaakt van ruw hout, zonder ornamenten, wat een eenvoud!
Als je op één van de banken gaat zitten schrik je wel even, je moet ver door de knieën want de zittingen zijn erg laag, heeft natuurlijk te maken met het feit dat de Samen klein van stuk zijn. Nog een opmerkelijk feit: deze kerk is één van de weinige dingen in Lapland die de oorlog heeft overleefd.

Voor we onze reis kunnen vervolgen gaan we op zoek naar een bandenreparatiebedrijf, onze voorband loopt langzaam leeg en dat is geen prettig gevoel als je een gebied ingaat waar weinig mensen wonen en dit soort zaken al helemaal ver te zoeken zijn. Als we er één gevonden hebben gaat het wiel er af en de band wordt op allerlei manieren gecheckt maar ze kunnen geen lek ontdekken, merkwaardig! We weten nu in ieder geval wel zeker dat er geen lek is, hoe het dan kan dat t’ie langzaam leegloopt?? zoiets heet geloof ik ‘Joost mag het weten’.

Op onze verdere tocht gaan we eerst richting Kittilä (weg 80) en dan naar het noorden naar Inari (weg 955). We zijn heel benieuwd wat we op deze rit tegen zullen komen, hebben er niet zo veel over kunnen vinden, het wordt dus een verrassing.
Het eerste stuk is saai, zeer bosrijk, Lentegroen, een beetje glooiend en redelijk bewoond, af en toe zelf een paar huizen bij elkaar en dat is dan een dorpje. Er loopt wel een busroute langs deze weg en ze hebben in Finland wel leuke bushokjes.

Vanaf Kittilä nemen we eerst een stukje de wat drukkere 79 en dan de 955. Zo’n 20 kilometer ten noorden van Kittilä, bij Sirkka ligt de Leviberg en daar is het grootste wintersportgebied van Finland en natuurlijk gaan we kijken. Op de grote parkeerplaats, waar je vrij mag overnachten, parkeren we de camper. Een van de liften is in gebruik en uiteraard gondelen we naar boven. Eenmaal boven, op een hoogte van 530 meter, lopen we over een nieuwe wandelburg rondom de top en hebben een wijds uitzicht over de hele omgeving, formidabel!

Op een paar te verwaarlozen regendruppels na was het weer een mooie dag, zon en wolken wisselden elkaar af en het werd 18 graden.


VRIJDAG 18 JUNI

Het lijkt weer een mooie dag te worden, lichte wolken, blauwe plekken en als we opstaan is het zelfs al 15 graden buiten. De weergoden zijn nog steeds met ons.

Onze tocht gaat weer verder. Na 2 km slaan we rechtsaf en gaan richting Inari, eerst is het een witte weg in onze wegenatlas en bij Pokka wordt het weer een gele weg. We komen door dorpen als Hanhimaa, Kellolaki, Korpela, Repojoki en Menesjärvi, het klinkt allemaal heel aardig, maar in de praktijk stelt het heel weinig voor. We hebben deze weg gekozen omdat we hopen hier iets meer te zien van het echte leven van de Finnen (Samen) dan op de doorgaande wegen waar, als er daar al iets is, het allemaal erg op de toeristen toegespitst is.

We komen vandaag weinig auto’s tegen, wel een paar campers en caravans, maar ja, die zie je bijna overal. Er wonen weinig mensen in deze verlaten streek, je moet het maar willen/kunnen zo afgelegen, maar ja als je het gewend bent wil je misschien ook niet anders, we vragen ons wel af hoe de bewoners deze eenzaamheid overleven. In de zomer zal het nog wel gaan, maar in de winter als het bijna de hele dag donker is, er een dik pak sneeuw ligt en het bitter koud is? we moeten er niet aan denken!

De witte weg, een harde onverharde, is redelijk goed te berijden met een kruissnelheid zo tegen de 35 km per uur en soms zelfs stapvoets en dat schiet natuurlijk niet echt op.
Een prachtige route als je geen haast hebt, een glooiend landschap, met hier en daar kleine meren en riviertjes. Er zijn een paar parkeerplaatsen maar ook voldoende andere leuke plekjes om te overnachten. Vanaf Pokka is het weer een gele (geasfalteerde weg) en dat rijdt toch wel iets comfortabeler.

We komen een Huskypark tegen dat je kunt bezichtigen als er bent tussen 11.00 en 18.00 uur. Wij zijn natuurlijk te vroeg maar kijken wel even over de hekken het terrein op. De husky’s die we zien zitten of in hokken of liggen aan een ketting. Je kunt hier ’s winters ook meedoen aan een huskysafari, het is niet te hopen dat ze daarvoor de sleden gebruiken die op de foto te zien zijn, die zien er behoorlijk gedateerd uit.

Hoe Noordelijker we komen hoe lager en dunner de berken- en dennenbossen worden en steeds vaker zien we moerassen en de muggen die daar bij horen. Een paar regendruppels vertroebelen ons uitzicht maar dat is gelukkig snel weer over. Diverse keren doemen er voor onze neus rendieren op die of de weg over willen steken of gewoon aan de kant lopen te grazen en we krijgen er nog steeds niet genoeg van om ze te fotograferen.

Een paar kilometer voor Inari, de lucht is inmiddels bijna helemaal blauw, zetten we camper een paar uur aan de kant, de stoelen gaan naar buiten, de thermometer geeft 20 graden aan en uit de wind is het zelfs 24 graden en dat is genieten geblazen!! Het is zelfs warmer dan in Nederland, daar komt het kwik niet hoger dan 16 graden.

In Inari staat het Samisch Museum ‘Siida” op ons wensenlijstje, Siida is de Samische naam voor Traditioneel dorp. In het museum zijn tijdelijke en permanente tentoonstellingen die te maken hebben met de Samische Cultuur en er is een openluchtmuseum waar de gebouwen die de tweede wereldoorlog hebben overleefd bij elkaar zijn gebracht en dit is zeker een bezoek waard. Je kunt zien hoe de verschillende Samen stammen zoals bijv. de Zee-Samen en de Bos-Samen woonden, hun spullen bewaarden, vissen en wilde dieren vingen.

Na het museum rijden we een stukje weg 4 (E75) en na 24 kilometer slaan we rechtsaf naar de 971, richting Kirkenes en ook hier is het weer opletten geblazen, de rendieren lopen ook hier zo maar de straat op. Ter hoogte van Partakko zien we op een bordje naast een huisje van het vakantiepark Matkapaikka ook een caravan staan en we gaan rechtsaf en zien wel waar de weg naar toegaat. Aan het eind van de weg is een parkeerplaats aan een meer, een geweldige plek om de nacht door te brengen.

We reizen nu al weer een paar dagen alleen en dat bevalt ons ook wel weer goed. De gezelligheid van het samen rijden missen we wel maar het alleen reizen heeft als voordeel dat we zomaar pardoes ergens kunnen stoppen en elk moment kunnen bedenken dat we een andere route gaan nemen.


ZATERDAG 19 JUNI

HIEP HIEP HOERA! Onze jongste kleindochter Emma, het zusje van Renée die 2 dagen geleden jarig was, is vandaag jarig en wordt 3 jaar, natuurlijk bellen we om het kleine meisje en haar pappa en mamma te feliciteren. Het is de eerste keer dat we niet bij het verjaardagsfeest van onze kleindochters kunnen zijn en dat is wel even wennen. Nemen vanavond wel een lekker glaasje en toasten dan op een lang, gezond en gelukkig leven voor de beide meiden.

Vandaag verlaten we Finland en gaan naar de meest noordoostelijke punt van Noorwegen, Grense Jakobselv, daar waar Noorwegen, Rusland en de Barentszzee bij elkaar komen.
We gaan verder op de 971, wat een prachtige route, heel veel mooie vergezichten, mooie meren, riviertjes en moerassen en niet alleen maar bomen, het lijkt wel een filmdecor, we raken niet uitgekeken. De dennen- en berkenbomen zijn hier beduidend kleiner en dunner dan een paar dagen geleden en beslist niet geschikt als brandhout.

Langzaam maar zeker begint het landschap te veranderen, er komen steeds meer keien. Onverwachts zien we een kudde grazende rendieren aan de kant van de weg. We stoppen en gaan dat even van dichterbij bekijken, het zijn er wel 40 en er zijn zeker 10 jongen bij, het is ontroerend om te zien hoe de moeder ‘waakt’ over het jong als ze ‘onraad’ bespeurd. Het blijft nog steeds heel bijzonder deze prachtige dieren zo maar overal te zien.

Net voor de grens met Noorwegen zijn twee supermarkten met tankstations en daar maken we natuurlijk gebruik van: tank vullen en onze voorraad op peil brengen, Finland is goedkoper dan Noorwegen en je bent Nederlander of je bent het niet.

Om kwart voor twaalf passeren we de grens met Noorwegen en verlaten we het ‘muggenland’ en bedenken dat we tot nu relatief weinig last hebben gehad van die pleeggeesten. Ze waren er wel maar niet in overvloedige mate, het viel best wel mee. Het scheelt natuurlijk ook dat we geen van beiden van dat lekkere bloed hebben. De grensovergang met Noorwegen bestaat uit een hek, een camera en een wildrooster, iets van een douane activiteit is nergens te bespeuren.

Wat wel heel erg op vallend is dat de omgeving vrijwel direct veranderd. Was het in Finland vrij vlak, hier zien we al snel bergen met zelfs een paar kleine sneeuwvlekjes en de berkenboompjes zijn hier maar twee meter hoog en dennenbomen zien we helemaal niet meer.
Bij een stroomversnelling in de rivier de ‘Neidenelva’ aan de linkerkant van de weg zit kennelijk veel vis, op diverse plekken zijn mensen aan het vliegvissen en staan soms tot hun middel in het koude water.

In Neiden is de St. Georgs Kapel, een 16e-eeuws houten kapelletje, het enige orthodoxe kapeltje in Noorwegen, met een afmeting van ruw geschat drie bij vier meter en alleen toegankelijk voor kleine mensen, zie het deurtje. Vroeger werd dit kapelletje gebruikt door de Skolte-Samen die leefden van rendierteelt en visvangst, nu wordt het alleen nog gebruikt op de laatste zondag van augustus bij een openluchtmis.

We rijden verder tot de grenspost Storskog en gaan daar toch even rondkijken, een foto maken van de Noorse grensovergang, de Russische is jammer genoeg niet te zien.
Er is ook een heel klein souvenirshopje dat werkelijk mud en mud vol staat met de meest kitscherige Russisch uitziende prullaria.
Het klinkt misschien gek maar toch voelt het heel apart op een paar meter van de met geheimzinnigheid omgeven Russische grens te staan.

We gaan nog verder naar het noorden en volgen de 886 langs het Jarfjord weer zo’n prachtig weg wat het landschap betreft, met de weg is het minder goed gesteld en zo’n 10 kilometer voor het einde gaat een verharde weg over in een, je raadt het al………... een harde onverharde weg zoals we die al een aantal keren zijn tegengekomen.
De natuur is hier werkelijk overweldigend mooi, hoe noordelijker we komen hoe kaler en ruiger het wordt, je kunt bijna wel zeggen ruig, ruiger, ruigst.

Het laatste deel van de weg rijden we langs de Jakobselva, de grensrivier waar precies in het midden de grens loopt en waar we af en toe gewapende soldaten tegenkomen. Bijna op het eind van de weg staat links een kapel die de naam van Koning Oskar II draagt, kort na de bouw bracht hij een bezoek aan deze kapel en gaf daarmee aan een claim te leggen op het toen nog betwiste gebied.

We parkeren de camper op het eindpunt en hebben een schitterend uitzicht over de Barentszzee, er staan al een paar campers als we aankomen en ’s avonds loopt het aardig vol. Vanaf hier is het nog een paar dagen varen tot de ijsvlaktes van de Noordpool. Wij vinden dit ver genoeg. Het was weer een heerlijke dag, we zagen de zon regelmatig en de temperatuur liep net als gisteren weer op naar 20 graden, de paar regendruppels die er vielen, zijn we direct weer vergeten.

Wat gaat de tijd toch snel, er is alweer een week voorbij. Even op de week terugkijkend hebben we ook nu weer veel bijzondere dingen gezien, we geen leeglopende voorband meer hebben, deze week 1357 kilometer hebben gereden, 5 kilometer minder dan week 3 en sinds ons vertrek staat er 4811 kilometer op de teller.
En het weer: het was weer een geweldige week. Eén miezerige dag, af en toe een klein buitje van niet langer dan een half uurtje voor het stof en voor de rest half bewolkt met een zon die zeer regelmatig te voorschijn kwam en dagtemperaturen zo tussen de 15 en 20 graden. Van ons mag het zo blijven!

Lees verder week 5